Moderne natuurfilosofie
Versie 2024-07-15 Mutatie: 'Formele- vs. Informele logica'.   


INHOUD

1 Inleiding.
2 Natuurwet.
3 Godsbewijs.
4 Hiernamaals.
5 Rekenkundige bevindingen.

1. Inleiding.

1.1 Algemeen.

Klassieke (hellenistische) natuurfilosofie is de voorloper van moderne wetenschap. Moderne natuurfilosofie is de voorloper van een beoogd nieuw soort wetenschap ofwel neomoderne wetenschap. Het is de tegenpool van moderne wetenschap. Voor tegenpool geldt: heeft één of meerdere tegengestelde kenmerken.  

1.2 Moderne - vs. Neomoderne wetenschap.

Onderstaande stellingparen weerspiegelen de Natuurwet. De daarin voorkomende cursief weergegeven woorden zijn elkaars tegenpolen.

…a = Als waar is.
…i   = Is ook waar. 

1a Voor moderne wetenschap geldt:
     1 Is gekoppeld aan formele logica.
     2 Berust op iets wat niét bewezen is (bijvoorbeeld axioma’s van Dedekind - Peano, postulaten van Euclides).
     3 Is gebaseerd op leervermogen (academisch pad is wél vereist).
     4 Wetten zijn zowel niét als wél uitgevaardigd.
     5 Beschikt over meerdere gezaghebbende bronnen.
     6 ….
2i Voor neomoderne wetenschap geldt:
     1 Is gekoppeld aan informele logica.
     2 Berust op iets wat wél (statistisch) bewezen is (Natuurwet).
     3 Is gebaseerd op begrijpvermogen (academisch pad is niét vereist).
     4 Wetten zijn uitsluitend wél uitgevaardigd.
     5 Beschikt over één gezaghebbende bron (samenvoeging NVWF met VvL).
     6 ….

Voor Natuurwet geldt:
o Het abstracte heeft één tegenpool.
o Het concrete heeft meerdere tegenpolen. 

De wet is zowel af te leiden uit fysieke kenmerken van de mens als rekenkundige uitkomsten. Het is een wet dat zowel het abstracte als concrete regelt.

De zelfstandig naamwoorden in de stellingparen weerspiegelen de kern van het abstracte dan wel het concrete. Ze zijn gekoppeld aan bijvoeglijke naamwoorden of tekens (antoniemen). Het geheel valt onder informele logica als tegenpool van formele logica.

Beide vormen van wetenschap vullen elkaar aan.

Voor neomodern wetenschappelijke bevindingen (in tegenstelling tot modern wetenschappelijke) geldt:
o Is kort en cryptisch geformuleerd.
o Het taalgebruik is hieraan ondergeschikt. 

1.3 Formele - vs. Informele logica.

…a = Als waar is.
…i   = Is ook waar.

1a Voor formele logica geldt:
1 Is de leer van het strenge betoog.
2 Bewijslast ligt bij de bron.
3 Gaat uitsluitend uit van wél waarneembare.
4 Consistentie resultaat is zowel niét als wél vereist
5 Bewering is uitsluitend waar óf onwaar.
6 Antoniem staat zowel niét als wél centraal.
7 Kent meerdere vormen.
8 …
2i Voor informele logica geldt:
1 Is de leer van het coulante betoog.
2 Bewijslast ligt bij de bestemming (omgekeerde bewijslast).
3 Gaat zowel uit van niét - als wél waarneembare.
4 Consistentie resultaat is uitsluitend wél vereist.
5 Bewering is zowel waar én onwaar als waar óf onwaar.
6 Antoniem staat uitsluitend wél centraal.
7 Kent één vorm.
8 …

1.4 Loodlijn (regelmatige veelhoek) als meetkundig voorbeeld.

…a = Als waar is.
…i   = Is ook waar.

1a Voor loodlijn (regelmatige veelhoek) geldt: snijdt elkaar (naar buiten toe) niét.
2i Voor loodlijn (regelmatige veelhoek) geldt: snijdt elkaar (naar binnen toe) wél.

1a Voor loodlijn (regelmatige veelhoek) geldt: snijdt elkaar (naar buiten toe) niét.
3i Voor loodlijn (regelmatige veelhoek), naar buiten toe gezien geldt: snijdt elkaar niét.

3a Voor loodlijn (regelmatige veelhoek), naar buiten toe gezien geldt: snijdt elkaar niét.
4i Voor loodlijn (regelmatige veelhoek), naar binnen toe gezien geldt: snijdt elkaar wél.

1.5 Getal als rekenkundig voorbeeld.

…a = Als waar is.
…i   = Is ook waar.

1a Voor getal met wél polariteit geldt:
     1 Is gekoppeld aan teken (+óf-).
     2 +, - is ruimtelijk gescheiden.
     3 Is zowel binnen als buiten getallenlijn.
     4 Is zowel gebroken als geheel.
     5 Is zowel reken- als tel-.
     6 Er is hiervan meerdere.
     7 nul.
2i Voor getal met niét polariteit geldt:
     1 Is gekoppeld aan teken (+én-).
     2 +, - is ruimtelijk samengevoegd.
     3 Is uitsluitend binnen getallenlijn.
     4 Is uitsluitend geheel getal.
     5 Is uitsluitend …getal.
     6 Er is hiervan één.
     7 = nul.

Toelichting stelling 2i.2

Het weerspiegelt het verschil in definitie van getal nul tussen België en Nederland.

Toelichting stelling 2i.5.

…a = Als waar is.
…i   = Is ook waar.

1a Voor moderne wetenschap geldt: getal nul is een telgetal (wél natuurlijk getal).
2i Voor neomoderne wetenschap geldt: getal nul is een rekengetal (niét natuurlijk getal).

3a Voor meerdere regels geldt: heeft één uitkomst.
4i Voor één regel (vijf) geldt: heeft meerdere uitkomsten.

Hiermee is de angel uit het conflict gehaald.

2. Natuurwet.

Voor Natuurwet geldt:
o Het abstracte heeft één tegenpool.
o Het concrete heeft meerdere tegenpolen.

Jezus.pdf (98.34KB)
Jezus.pdf (98.34KB)

3. Godsbewijs.

De Natuurwet is onlosmakelijk gekoppeld aan een goddelijke entiteit. 

4. Hiernamaals.

Het hiernamaals bestaat uit twee onvergankelijke werelden.

…a = Als waar is.
…i   = Is ook waar.

1a Voor de ene wereld geldt: is bestemd voor hen met een onbelast geweten (heeft wél geleefd volgens de Gulden regel); het is daar goed toeven.
                2i Voor de andere wereld geldt: is bestemd voor hen met een belast geweten (heeft niét geleefd volgens de Gulden regel); het is daar slecht toeven.

Gulden Regel.pdf (42.74KB)
Gulden Regel.pdf (42.74KB)

5. Rekenkundige bevindingen.