Moderne natuurfilosofie
Versie 2024-04-22   Mutatie: module 'Afkoelen vs. Verwarmen'.


INHOUD

1 Neomoderne wetenschap.
2 Natuurwet.
3 Godsbewijs.
4 Oerknal.
5 Hiernamaals.
6 Wiskundige bevinding.

1. Neomoderne wetenschap.

1.1 Algemeen.

Klassieke (hellenistische) natuurfilosofie is de voorloper van moderne wetenschap. Moderne natuurfilosofie is de voorloper van een nieuw soort wetenschap ofwel neomoderne wetenschap. Het is de tegenpool van moderne wetenschap. Voor tegenpool geldt: heeft één of meerdere tegengestelde kenmerken.

Onderstaande stellingparen weerspiegelen de Natuurwet. De daarin voorkomende fundamenteel zelfstandige naamwoorden (eventueel met bijvoeglijke naamwoord) zijn gekoppeld aan antoniemen. De naamwoorden zijn zowel niét als wél cursief weergegeven. De antoniemen zijn uitsluitend cursief weergegeven. 

Voor Natuurwet geldt:
o Het abstracte heeft één tegenpool.
o Het concrete heeft meerdere tegenpolen.

Voor antoniem geldt: heeft een tegengestelde betekenis; het vertegenwoordigt de bestaande antoniemenlijst, alsmede woorden en tekens, zoals:
     o Eén vs. Meerdere.
     o Niét vs. Wél.
     o Uitsluitend vs. Zowel.
     o Én vs. Óf.
     o = vs. .

De natuurwet is de bron van al het zijnde.

1.2 Wetenschap.

1a = Als waar is.
2i = Is ook waar.

1a Voor wetenschap geldt: berust op iets wat niét bewezen is (bijvoorbeeld axioma’s van Dedekind - Peano, postulaten van Euclides), gekoppeld aan moderne wetenschap.
2i Voor wetenschap geldt: berust op iets wat wél (statistisch) bewezen is (Natuurwet), gekoppeld aan neomoderne wetenschap.

1.3 Moderne - vs. Neomoderne wetenschap.

1a Voor moderne wetenschap geldt: is gekoppeld aan formele logica.
2i Voor neomoderne wetenschap geldt: is gekoppeld aan informele logica.

1.4 Formele - vs. Informele logica.

1a Voor formele logica geldt:
     1 Is leer van het strenge betoog.
     2 Bewijslast ligt bij bron.
     3 Gaat uit van het wél waarneembare.
     4 Bewering is uitsluitend waar óf onwaar.
     5 Antoniem staat niét centraal.
     6 ….
2i Voor informele logica geldt:
     1 Is leer van het coulante betoog.
     2 Bewijslast ligt bij bestemming (omgekeerde bewijslast).
     3 Gaat uit van het niét waarneembare.
     4 Bewering is zowel waar én onwaar als waar óf onwaar.
     5 Antoniem staat wél centraal.
     6 ….

1.5 Loodlijn (veelhoek) als meetkundig voorbeeld.

1a Voor loodlijn (veelhoek) geldt: snijdt elkaar (naar buiten toe) niét.
2i Voor loodlijn (veelhoek) geldt: snijdt elkaar (naar binnen toe) wél.

1.6 Getal als rekenkundig voorbeeld.

1a Voor getal geldt:
     1 Heeft wél polariteit, is gekoppeld aan teken (+óf-).
     2 Heeft wél polariteit, +, - is ruimtelijk gescheiden.
     3 Heeft wél polariteit, is zowel binnen als buiten getallenlijn.
     4 Heeft wél polariteit, is zowel gebroken als geheel getal.
     5 Heeft wél polariteit, is zowel reken- als telgetal.
     6 Heeft wél polariteit, er is hiervan meerdere.
     7 Heeft wél polariteit, nul.
2i Voor getal geldt:
     1 Heeft niét polariteit, is gekoppeld aan teken (+én-).
     2 Heeft niét polariteit, +, - is ruimtelijk samengevoegd.
     3 Heeft niét polariteit, is uitsluitend binnen getallenlijn.
     4 Heeft niét polariteit, is uitsluitend geheel getal.
     5 Heeft niét polariteit, is uitsluitend …getal.
     6 Heeft niét polariteit, er is hiervan één.
     7 Heeft niét polariteit, = nul.

Het weerspiegelt het verschil in definitie van getal nul tussen België en Nederland (2i.2).

Uitwerking stelling 2i.5.

1a Voor moderne wetenschap geldt: getal nul is een telgetal (wél natuurlijk getal).
2i Voor neomoderne wetenschap geldt: getal nul is een rekengetal (niét natuurlijk getal).

Hiermee is de angel uit het conflict gehaald.

1.7 Samenvatting.

1a Voor geldig regelpaar geldt: bevat even aantal tegenstellingen.
2i Voor ongeldig regelpaar geldt: bevat oneven aantal tegenstellingen.

Neomoderne wetenschap is dan ook de tegenpool van moderne wetenschap. Ze vullen elkaar aan. Het bepleit besturen en leven volgens de Gulden Regel. Hierbij geldt voor beiden: “Na mij niét de zondvloed”.

Voor neomodern wetenschappelijke bevindingen (in tegenstelling tot modern wetenschappelijke) geldt:
     o Is kort en cryptisch geformuleerd.
     o Het taalgebruik is hieraan ondergeschikt.

2. Natuurwet.

Bekijk je rechterhand als concreet iets. Knijp de duim en vingers tot een vuist en weer terug. Merk op dat de duim in tegenovergestelde richting t.o.v. de vingers beweegt (X-as vs. Y-as). Hieruit valt het volgende op te maken.

…a = Als waar is.
…i = Is ook waar.

1a Voor ‘Wijsvinger’, ‘Middelvinger’, ‘Ringvinger’, ‘Pink’ geldt: scharniert in X-as richting.
2i Voor meerdere (vier) uitsteeksels hand geldt: scharniert in X-as richting.

2a Voor meerdere (vier) uitsteeksels hand geldt: scharniert in X-as richting.
3i Voor één uitsteeksel (‘Duim’) hand geldt: scharniert in Y-as richting.
    Toelichting:
        o Voor ‘meerdere’ vs. één' en 'X-as vs. Y-as' geldt: is elkaars antoniem.

3a Voor één uitsteeksel (‘Duim’) hand geldt: scharniert in Y-as richting.
2a Voor meerdere (vier) uitsteeksels hand geldt: scharniert in X-as richting.
4a Voor verzameling ‘Compleet’ geldt: één of meerdere kenmerken van één         element is tegengesteld aan resterende vier.
5i Voor verzameling ‘Uitsteeksels hand’ geldt: heeft predicaat ‘Compleet’.

Aan de mens zijn 14 verzamelingen gekoppeld met als kenmerk 'Compleet'. Dit kan geen toeval zijn. Dit omdat de mens deel uitmaakt van de natuur (heelal). Er is dan ook sprake van het onderstaande.

Voor Natuurwet geldt:
o Het abstracte heeft één tegenpool.
o Het concrete heeft meerdere tegenpolen.

Ofwel: elk fundamenteel zelfstandig naamwoord heeft één of meerdere tegenpolen.

Kortom: het is een wet dat zowel het abstracte als het concrete regelt.

3. Godsbewijs.

De statistisch bewezen Natuurwet is onlosmakelijk gekoppeld aan een goddelijke entiteit. Voor elke wet geldt: is uitgevaardigd. Dus ook de Natuurwet. De mens heeft dat niét gedaan. Conclusie: er is een goddelijke entiteit.

Om het bestaan daarvan te begrijpen is het van belang te weten dat alles in het heelal gevulde ruimte is (er is overal wel iets). Het heelal is door de Natuurwet ontstaan. Dit betekent dat de Natuurwet niet vanuit het heelal is uitgevaardigd, maar vanuit lege ruimte.

Onbegrensd lege ruimte (geest) omsluit dan ook (gezien van buitenaf) begrensd gevulde ruimte.

4. Oerknal.

4.1 Algemeen.

 “Alles wat we nu kunnen zien, zat toen boven op elkaar in één punt”, zegt de moderne wetenschap en krijgt met deze onzin een podium.

Anders is het gesteld met neomoderne wetenschap dat stelt “Alles wat we nu kunnen zien, zat toen boven op elkaar in één onbegrensd met zichzelf samengevoegd Planckdeeltje”, wat logischer lijkt.

4.2 Nadere uitleg.

Als alles uit één punt komt, dan is dat punt onbegrensd met zichzelf samengevoegd.
Het uiteenvallen van zo’n punt leidt volgens de moderne wetenschap tot één punt (onbegrensd getal * nul = nul). Dit omdat getal nul is gekoppeld aan het nulpunt van de getallenlijn.

Volgens de neomoderne wetenschap leidt het tot een begrensde lijn (onbegrensd getal * nul ≠ nul).
Vandaar de term ‘onzin’.

Een onbegrensd met zichzelf samengevoegd Planckdeeltje leidt tot onbegrensd^4 punten. Hieruit kan elk begrensd aantal Planckdeeltjes worden onttrokken. Planckdeeltjes (onbegrensd^3 punten) vormen subatomaire deeltjes.
Vandaar de term ‘logisch’.

4.3 Verdieping.

Het houdt in dat het heelal (is hol gevulde ruimte) omgeven is door een begrensde laag massief gevulde ruimte. Het houdt ook in dat het heelal begrensd moet zijn. Het geheel is ingesloten door onbegrensd lege ruimte (is geest). Na het uitvaardigen van de Natuurwet (is geestelijke activiteit) ontstaat vanuit lege ruimte het onbegrensd met zichzelf samengevoegd Planckdeeltje.

Vanuit lege ruimte is zowel kleinst begrensde tijd als -afstand gedefinieerd (is geestelijke activiteit). Lege ruimte is in rust. Alles in het heelal is dan ook in beweging; het wil de lichtsnelheid aannemen. De werkelijke snelheid is afhankelijk van de opgenomen bewegingsenergie. Lege ruimte is dan ook als goddelijke entiteit de onbewogen beweger.

De grootte van het heelal is in één Plancktijd tot stand gekomen. Dit omdat het groter worden onbegrensd is, in tegenstelling tot verplaatsing. Dat het heelal geen midden heeft komt doordat alle waarnemingen van het heelal relatief zijn. Wij zien het heelal slechts van binnenuit i.p.v. buitenaf.

Oerknaltheorie in de kosmologie.

Volgens de oerknaltheorie is het hele heelal ontstaan uit een zeer klein punt, dat in de buurt van een singulariteit kwam. Een echte singulariteit was dit echter vermoedelijk niet. Dit heeft onder meer tot gevolg dat ook de in de gewone natuurkunde geldende wetten in een singulariteit niet meer geldig zijn (bron Wikipedia).

Dit sluit aan op neowetenschappelijke bevinding.

Temeer omdat.

…a = Als waar is.
…i = Is ook waar.

1a Voor lege ruimte geldt: temperatuur = nul.
2i Voor gevulde ruimte geldt: temperatuur nul.

5. Hiernamaals.

Het hiernamaals bestaat uit twee onvergankelijke werelden.

1a = Als waar is.
2i  = Is ook waar.

1a Voor de ene wereld geldt: is bestemd voor hen met een onbelast geweten (heeft wél geleefd volgens de Gulden regel); het is daar goed toeven.
                2i Voor de andere wereld geldt: is bestemd voor hen met een belast geweten (heeft niét geleefd volgens de Gulden regel); het is daar slecht toeven.

6. Wiskundige bevinding.