Inhoud.
Is
onderverdeeld:
1 Inleiding.
2 Uitgangspunt.
3 Samenvatting.
4 Onderbouwing.
5 Bijlagen.
1 Inleiding.
Zie module:
o
Inleiding.
Deze module
gaat in op:
o
Natuurgetal
- Weerspiegeling.
2 Uitgangspunt.
Niet van
toepassing.
3 Samenvatting.
Is
onderverdeeld:
1 Algemeen.
2 Conclusie.
3.1 Algemeen.
Voor natuurgetal = 1
geldt: Voor natuurgetal = 1 geldt: weerspiegelt zowel niet als wél hiërarchisch
uiterste.
Toelichting:
o Staat symbool voor ‘AL’ (is lege ruimte
dat gevulde ruimte omsluit).
Voor natuurgetal = 2
geldt: weerspiegelt uitsluitend niét hiërarchisch uiterste.
Toelichting:
o
Staat
symbool voor ‘Pool en tegenpool’.
Voor Natuurgetal = 3
geldt: weerspiegelt uitsluitend niét hiërarchisch uiterste.
Toelichting:
o
Staat
symbool voor ‘Drie-eenheid’.
Voor natuurgetal = 5
geldt: weerspiegelt uitsluitend niét hiërarchisch uiterste als compleet.
Toelichting:
o
Staat
symbool voor ‘Compleet’.
Voor natuurgetal = 7 geldt:
weerspiegelt uitsluitend niét hiërarchisch uiterste.
Toelichting:
o
Staat
symbool voor ‘Volheid’.
Voor natuurgetal = 12
geldt: weerspiegelt uitsluitend niét hiërarchisch uiterste als volmaakt.
Toelichting:
o
Staat
symbool voor ‘Volmaakt’.
3.2 Conclusie.
Niet van
toepassing.
4 Onderbouwing.
Eob = Eerste onbewogen beweger (God).
…a
= Als waar is.
…i
= Is ook waar.
1a Voor bijvoorbeeld ‘aantal heelal’ als
geheel geldt: weerspiegelt natuurgetal 1.
Toelichting:
o
1.1a Voor natuurgetal als niet wiskundig getal geldt: is 1, 2, 3, 5, 7 en 12 [door AI
gevalideerde module ‘Natuurgetal – Analyse’].
o
1.2i Voor natuurgetal geldt: is gevalideerd uitgangspunt
van deze module.
2i Voor natuurgetal = 1 geldt: weerspiegelt zowel
niét als wél hiërarchisch uiterste.
Toelichting:
o
2.1a Voor Eob geldt: er is hiervan uitsluitend
één [door AI gevalideerde module ‘Eob vs. Lob’].
o
2.2a Voor Eob geldt: is bron van ontstaan heelal
[door AI gevalideerde module ‘RG – Ontstaan’].
o
2.3i Voor natuurgetal = 1 geldt: weerspiegelt
wél hiërarchisch uiterste.
o
o
2.4a Voor bijvoorbeeld ‘aantal heelal’ als geheel
geldt: weerspiegelt natuurgetal 1.
o
2.2a Voor Eob geldt: is bron van ontstaan heelal
[door AI gevalideerde module ‘RG – Ontstaan’].
o
2.5i Voor natuurgetal = 1 geldt: weerspiegelt
niét hiërarchisch uiterste.
o
o
2.5a Voor natuurgetal = 1 geldt: weerspiegelt
niét hiërarchisch uiterste.
o
2.3a Voor natuurgetal = 1 geldt: weerspiegelt wél
hiërarchisch uiterste.
o
2.6i Voor natuurgetal = 1 geldt: weerspiegelt zowel
niet als wél hiërarchisch uiterste.
Toelichting:
·
Staat
symbool voor ‘AL’ (is lege ruimte dat gevulde ruimte omsluit).
2a Voor natuurgetal = 1 geldt:
weerspiegelt zowel niét als wél hiërarchisch uiterste.
3a Voor pool vs. tegenpool geldt: weerspiegelt
natuurgetal 2.
4i Voor natuurgetal ≠ 1
geldt: weerspiegelt uitsluitend niét hiërarchisch uiterste.
4a Voor natuurgetal ≠ 1 geldt: weerspiegelt uitsluitend
niét hiërarchisch uiterste.
3a Voor pool vs. tegenpool geldt: weerspiegelt
natuurgetal 2.
5i Voor natuurgetal = 2 geldt: weerspiegelt uitsluitend
niét hiërarchisch uiterste.
Toelichting:
o
Staat
symbool voor ‘Pool en tegenpool’.
4a Voor natuurgetal ≠ 1 geldt: weerspiegelt uitsluitend
niét hiërarchisch uiterste.
6a Voor bijvoorbeeld (Waar én Onwaar) en (Waar
óf Onwaar) geldt: weerspiegelt (drie-eenheid).
7i Voor Natuurgetal = 3 geldt: weerspiegelt uitsluitend
niét hiërarchisch uiterste.
Toelichting:
o
Staat
symbool voor ‘Drie-eenheid’.
4a Voor natuurgetal ≠ 1 geldt: weerspiegelt uitsluitend
niét hiërarchisch uiterste.
8a Voor bijvoorbeeld predicaat verzameling
‘Compleet’ als gedeelte van iets geldt: één of meerdere kenmerken van één
element is tegengesteld aan resterende vier.
9i Voor natuurgetal = 5 geldt: weerspiegelt uitsluitend
niét hiërarchisch uiterste als compleet.
Toelichting:
o
Staat
symbool voor ‘Compleet’.
9a Voor natuurgetal = 5 geldt: weerspiegelt
uitsluitend niét hiërarchisch uiterste als compleet.
10a Voor Natuurgetal 5 en 12 geldt: is elkaars
tegenpool [door AI gevalideerde module ‘Natuurgetal - Vijf vs. Twaalf’].
11i Voor natuurgetal = 12 geldt:
weerspiegelt uitsluitend niét hiërarchisch uiterste als volmaakt.
Toelichting:
o
Staat
symbool voor ‘Volmaakt’.
11a Voor natuurgetal = 12 geldt: weerspiegelt uitsluitend
niét hiërarchisch uiterste als volmaakt.
Toelichting:
o
Staat
symbool voor ‘Volmaakt’.
2a Voor natuurgetal = 1 geldt: weerspiegelt uitsluitend
wél hiërarchisch uiterste.
Toelichting:
o
Staat
symbool voor ‘AL’ (is lege ruimte dat gevulde ruimte omsluit).
5a Voor natuurgetal = 2 geldt: weerspiegelt uitsluitend
niét hiërarchisch uiterste.
Toelichting:
o
Staat
symbool voor ‘Pool en tegenpool’.
7a Voor Natuurgetal = 3 geldt: weerspiegelt uitsluitend
niét hiërarchisch uiterste.
Toelichting:
o
Staat
symbool voor ‘Drie-eenheid’.
9a Voor natuurgetal = 5 geldt: weerspiegelt uitsluitend
niét hiërarchisch uiterste als compleet.
Toelichting:
o
Staat
symbool voor ‘Compleet’.
12i Voor natuurgetal ≠ 7 geldt: weerspiegelt zowel
niét als wél hiërarchisch uiterste.
12a Voor natuurgetal ≠ 7
geldt: weerspiegelt zowel niét als wél hiërarchisch uiterste.
13a Voor aantal dagen per week geldt:
weerspiegelt niét hiërarchisch uiterste.
14i Voor natuurgetal = 7
geldt: weerspiegelt uitsluitend niét hiërarchisch uiterste.
Toelichting:
o
Staat
symbool voor ‘Volheid’.
5 Bijlagen.
Geen.