Inhoud.

                                                                 

Is onderverdeeld:

1      Inleiding.

2      Uitgangspunt.

3      Samenvatting.

4      Onderbouwing.

5      Bijlagen.

 

1  Inleiding.

 

Zie module:

o   Inleiding.

 

Deze module gaat in op:

o   Glasfase als aggregatietoestand.

 

Aanleiding voor deze module is een nieuwsbericht van tue.

https://www.tue.nl/nieuws-en-evenementen/features/de-glasfase-een-natuurkundig-mysterie

 

2  Uitgangspunt.

    

Voor stabiele aggregatietoestanden geldt:

1      Gasfase.

2      Vloeibare fase.

3      Vaste fase.

 

3  Samenvatting.

 

Is onderverdeeld:

1      Algemeen.

2      Conclusie.

 

3.1    Algemeen.

 

Voor glasfase moderne wetenschap geldt:

1      Is vaste aggregatietoestand.

2      Is wél een mysterie.

3      Is niét gevolg van Natuurwet.

Voor glasfase neomoderne wetenschap geldt:

1      Is vloeibare aggregatietoestand (is dubbel aangetoond).

2      Is niét een mysterie.

3      Is wél gevolg van Natuurwet.

 

3.2    Conclusie.

 

Niet van toepassing.

 

4  Onderbouwing.

 

…a    = Als waar is.

…i     = Is ook waar.

 

1a     Voor gasfase geldt: atoom zal uitsluitend verplaatsen.

         Toelichting:

o   Is de heetst stabiele aggregatietoestand.

o   Is ontstaan vanuit de oerknal.

o   Voor oerknal geldt: het was daar heet.

2a     Voor verplaatsen geldt: heeft trillen als tegenpool [Trillen vs. Verplaatsen].

3a     Voor gasfase geldt: heeft vloeibare fase als tegenpool [Aggregatietoestanden – Tegenpolen].

4a     Voor waterfase geldt: atoom zal uitsluitend verplaatsen.

5i      Voor vloeibare fase geldt: atoom zal zowel trillen als verplaatsen.

 

4a     Voor waterfase geldt: atoom zal uitsluitend verplaatsen.

6a     Voor ijzer als vloeibare fase geldt: atoom zal uitsluitend verplaatsen.   

7i      Voor meerdere vloeibare stoffen geldt: atoom zal uitsluitend verplaatsen.

 

7a     Voor meerdere vloeibare stoffen geldt: atoom zal uitsluitend verplaatsen.

8i      Voor één vloeibare stof (glas) geldt: atoom zal uitsluitend trillen.

         Toelichting:

o   Is benadering 1.

 

5a     Voor vloeibare fase geldt: atoom zal zowel trillen als verplaatsen.

9a     Voor vloeibare fase geldt: heeft vaste fase als tegenpool [Aggregatietoestanden – Tegenpolen].

10a   Voor ijzer als vaste fase geldt: atomen hebben wél een kristalstructuur.

11a   Voor atomen met kristalstructuur geldt: ze trillen.

12i    Voor vaste fase geldt: atoom zal uitsluitend trillen.

 

12a   Voor vaste fase geldt: atoom zal uitsluitend trillen.

5a     Voor vloeibare fase geldt: atoom zal zowel trillen als verplaatsen.

13i    Voor trillend atoom geldt: komt voor in zowel vaste – als vloeibare fase.

         Toelichting:

o   Is benadering 2.

 

13a   Voor trillend atoom geldt: komt voor in zowel vaste – als vloeibare fase.

2a     Voor verplaatsen geldt: heeft trillen als tegenpool.

3a     Voor gasfase geldt: heeft vloeibare fase als tegenpool.

9a     Voor vloeibare fase geldt: heeft vaste fase als tegenpool.

14i    Voor verplaatsend atoom geldt: komt zowel voor in vloeibare – als gasfase.

         Toelichting:

o   Merk op: dit stellingpaar heeft een even aantal tegenpolen.

 

5  Bijlagen.

 

Geen.